In opmaat naar een grote permanente tentoonstelling over het industrieel erfgoed van de gemeente Emmen, presenteert Museum Collectie Brands in 2024 & 2025 vier pilottentoonstellingen. Dit zijn kleinschalige tentoonstellingen.
In de vierde industrieel erfgoed pilottentoonstelling staat het thema “textiel” centraal. Hierin is er onder meer aandacht voor Bendien, Danlon, Spanjaard en EHCO-KLM.
Hoe het begon
De wortels van de textielindustrie in Zuidoost-Drenthe reiken terug tot 1929, met de oprichting van Tricotagefabriek Het Klaverblad in Emmen. Dit was de eerste echte industriële onderneming in de streek en bood broodnodige werkgelegenheid. Later werd de fabriek voortgezet onder de naam Textielindustrie Emmen. Nog weer later, in de jaren ’60, veranderde de naam in Sokkenfabriek Keldermans, die verhuisde naar Klazienaveen om dichter bij het personeel te zijn. Ondanks jarenlange productie en inzet, kwam er in 1989 een eind aan het bedrijf na een brand bij een nevenvestiging en het uitblijven van herstel.
Bendien
Een grote speler in de textielindustrie was Bendien, een confectiebedrijf dat in 1938 zijn deuren opende in Emmen. Aanvankelijk produceerde het bedrijf legeruniformen, maar na de oorlog richtte het zich volledig op heren- en bedrijfskleding. De merknamen Oxford en Beva werden bekende begrippen, en Bendien groeide uit tot de één na grootste kledingproducent van Europa. Het bedrijf bood werk aan honderden meisjes en vrouwen en stond bekend om zijn warme bedrijfscultuur en aandacht voor scholing voor het personeel. Toch bleek ook Bendien uiteindelijk niet bestand tegen de druk van buitenlandse concurrentie. Na een fusie en overname eindigde het verhaal in 1979 met de sluiting van de fabriek in Emmen.
Danlon
Een ander bedrijf dat diepe sporen naliet was het Deense Danlon, dat zich in 1953 in Emmen vestigde. Het produceerde nylonkousen en panty’s, in een tijd waarin deze artikelen een toonbeeld waren van moderniteit en welvaart. Danlon groeide snel uit tot de grootste kousenproducent van de Benelux en bood werk aan meer dan 1.500 mensen. Na een allesverwoestende brand in 1967 wist het bedrijf zich bewonderenswaardig snel te herstellen, mede dankzij de inzet van personeel en collega-bedrijven. Toch kon ook Danlon niet ontsnappen aan de verzadigde markt en toenemende buitenlandse concurrentie. Diverse fusies konden het tij niet keren; in 1996 sloten de deuren voorgoed.
Spanjaard
In 1948 opende de Twentse textielfabriek J.A. Spanjaard een nevenvestiging in Nieuw-Weerdinge. Hier werd met name katoen gewoven voor het huishoudtextiel van Spanjaard, waaronder het bekende merk Cinderella. De fabriek bood werk aan tientallen mensen en voorzag in een belangrijke inkomensbron voor lokale gezinnen. Na een overname van het moederbedrijf in 1961 door Nijverdal-Ten Cate is het onduidelijk hoe het de fabriek in Nieuw-Weerdinge verging. Mogelijk was deze nog tot begin jaren ’90 actief.
Fort Schoenenindustrie
Er werd niet alleen kleding maar ook schoeisel in de gemeente Emmen geproduceerd. Fort Schoenenindustrie, afkomstig uit Haarlem, vestigde zich in 1952 in Klazienaveen en besloot in 1959 zijn volledige productie naar Drenthe te verplaatsen. Het bedrijf stond bekend om zijn degelijke luxe- en werkschoenen die hun weg vonden naar klanten in binnen- en buitenland. Toch viel ook hier het doek in 1969, toen de markt voor ambachtelijke schoenen instortte onder druk van buitenlandse aanbieders.
KLM Kleding
Ook KLM Kleding, begonnen in Haaksbergen als EHCO, vond zijn weg naar Drenthe. In 1964 opende het een vestiging in Klazienaveen, waar met name vrouwen werk vonden in het vervaardigen van werkkleding voor grote klanten als Albert Heijn en de PTT. Met de slogan “Kan Langer Mee” stond KLM voor degelijkheid en kwaliteit. Hoewel het bedrijf het langer volhield dan veel andere spelers, moest ook KLM vanaf de jaren ’80 productie verplaatsen naar lagelonenlanden. De sluiting van de fabriek in Klazienaveen volgde uiteindelijk in 1998.
Het einde van een tijdperk
Wat al deze bedrijven bindt, is hun rol in de economische en sociale ontwikkeling van Zuidoost-Drenthe. Ze boden niet alleen werk, maar ook scholing, stabiliteit en emancipatiekansen voor vele vrouwen. Maar het verhaal van de textielindustrie in deze regio is ook een verhaal van teloorgang: vanaf de jaren ’60 raakte de sector steeds verder in het nauw door globalisering, automatisering en verschuivingen in de markt. Na een krappe 70 jaar kwam met de sluiting van KLM Kleding een einde aan de textielindustrie in de gemeente Emmen. Wat resteert zijn herinneringen, verhalen en de in deze tentoonstelling bijeengebrachte objecten die een tijdsbeeld tonen van de ooit bloeiende textielindustrie in Zuidoost-Drenthe.